Breedbek-strandloper                            

De breedbek-strandloper (Limicola falcinellus) behoort tot de familie der strandlopers (Scolopacidae).

De breedbek-strandloper is 17 à 18 centimeter lang en is kleiner dan de bonte strandloper (Calidris alpina), maar groter dan de kleine strandloper(Calidris minuta). De soort heeft opvallend korte poten en een lange snavel met een zwarte basis en een geknikte punt. De bovenzijde is donker met lichte, snipachtige strepen. De onderzijde is wit. In de winter is hij meer grijs van kleur.

De breedbek-strandloper komt voor op begroeide slikken, op vloeivelden en in moerassen en in mindere mate langs de zeekust. Het voedsel van de breedbek-strandloper bestaat uit insecten, slakken, wormen en zaden. Het broedgebied bevindt zich in Noord-Europa en met name op natte venen en in moerassen. Het overwinteringsgebied bevindt zich in het Middellandse Zeegebied.

De breedbek-strandloper produceert een rollende tsrrrieken in de vlucht een korte tik